Routines
We vroegen een gesprek met je leraar aan, want zonder routine en regelmaat leek je in de vakantie echt een ander mens. Negatiever, gespannener, en met een soort energie die tegelijk om aandacht én alleen-zijn vroeg. Misschien kwam het ook doordat wij zelf totaal geen grip hadden op de planning van de dag of week — terwijl een schooldag juist barst van de handige regeltjes, vervolgstappen en houvast. Wie komt er morgen en waarom? Hoeveel ruimte is er vandaag voor aanklooien? Welke lieve mensen willen we deze week nog zien? En welke vervelende verplichtingen gaan we gewoon even samen tackelen?
Ik schreef deze notitie met de intentie om een toekomstig bericht aan mijn vijfjarige zoon te archiveren, zodat we er later samen iets van kunnen leren. Maar halverwege de tweede regel stopte ik even met schrijven — en besefte dat dit eigenlijk een brief aan (en over) mezelf is. De spiegel waar zoveel mensen het over hebben, kan op die manier onverwacht weer opduiken. En juist door het ritme van steeds blijven schrijven, komen die inzichten en levenslessen uiteindelijk vanzelf, denk ik.
Iets meer inspiratie halen uit een schooldag dus. Want die regelmaat en voorspelbaarheid zorgt al voor de helft minder zoeken naar datgene waar ik dan ook naar op zoek ben. En zo begon ik een brief aan hem, en eindigde ik hem aan mijzelf.
Zomertijd
Sinds 1986 probeer ik de zomer- en wintertijden te begrijpen, en hoewel ik redelijk slim ben, lijken mijn hersenen er niet bij te kunnen. Waarschijnlijk omdat het tegen mijn natuur ingaat? Of ik ben lui en probeer ook absoluut geen poging in de goede richting te doen, zoals bij de klusjes in huis. Ik kan het best, maar zonder ook maar één poging te doen lukt natuurlijk nooit iets.
Ik snap dat jij je ezelsbruggetjes klaar hebt staan en ze graag deelt, iets met ‘een uur vooruit en een langere dag en eerder naar bed en zo en zo kun je dat onthouden en in de winter exact dat, maar dan andersom’. Toch is mijn brein in dit leven gewoon niet gemaakt om dit soort dingen te willen snappen. Net als een serveerster in een restaurant die laat weten dat er naast het menu ook buiten de kaart om diverse dingen te bestellen zijn. Ze legt dan iets uit over een schelvis en een soepje van ui maar mijn hersenen pakken ondertussen een fijne KLM vlucht richting Italië om daar in een prachtig kleurrijk veld een soort fotoshoot te doen. Nadat ze klaar is met haar uitleg denkt ze helemaal helder geweest te zijn omdat ik heel goed ben in aandachtig naar iemand staren en knikken, terwijl mijn ziel dus heel even ergens anders was. En dat is wat de zomer- en wintertijd uitleg met mij doet volgens mij, dus leg het allemaal ook alsjeblieft niet uit.
En dan heb ik het nog niet eens over de uitdagingen met jonge kinderen, want waar je na de donkere winterdagen eindelijk samen een choreografie voor elkaar lijkt te hebben, bestaande uit de juiste slaapjes, bedtijden en rustige wekkers in de ochtend, lijkt er qua regelmaat ineens een te vrolijke fanfareband naast de ontbijttafel te staan. Even wennen, en qua timing echt irritant.
Maar zoals je als trouwe subscriber weet, hou ik van deze periode, hou ik van de lente en bezoek ik in de weekenden zelfs kringloopwinkels. Dus er gaan veel dingen goed en we hebben zelfs ineens een uur meer in de dag zitten. Of minder? En is het vroeg in de ochtend nou lichter dan voorheen, of werd ik gewoon later wakker?
Hypotheekrenteaftrek, nog zoiets. Wat is dat eigenlijk en moet er dus meer afgetrokken worden?
Dag schaduw
Mijn meest recente huisgenoot, Bob (twee jaar), zit iedere ochtend weer zo vol met liefde, hij zegt zelfs zwaaiend zijn schaduw gedag. “Dag, schaduw.” Ik zit ook vol met liefde denk ik, maar kan het minder makkelijk vinden. Blij dat ik de komende tijd bij hem op les kan en mag.
Alleen,
Alleen, ik wil dus echt geen kluizenaar worden.
Ik heb een hobby in mijn top drie staan, en dat is helemaal alleen zijn. Dat betekent niet dat ik niet bij anderen wil zijn of een kluizenaar wil worden, want beide is mogelijk, denk ik. Er zijn wat mensen om mij heen die graag paardrijden, dat is een voorbeeld van een concrete hobby. Vragen over de specifieke activiteit worden niet echt gesteld, toch? Waar ga je paardrijden dan? Heeft het paard wel zin? Hoe lang duurt zo’n rit ongeveer en wat als ze gaat steigeren dan? Schrap dat paard uit het bovenstaande voorbeeld, en je hebt een goed beeld van wat ik soms dagenlang zou willen doen. Even mijzelf opzadelen en op pad, zonder dat dit bezwaarlijk aanvoelt. Dat is natuurlijk ook het voordeel van bijvoorbeeld hardlopen, waarbij je ‘ik moet echt z.s.m. alleen zijn’ verpakt in een populaire activiteit.
Ik zal de komende jaren een beetje moeten jongleren met het uitvogelen van de juiste balans. Na een periode vol luiers, veel werk en vroeg naar bed wil ik ook zo graag weer allerlei mensen opzoeken en bijpraten over de mooie dingen van het leven. Maar aan de andere kant is het ook een droom om een surprise party mee te maken waarbij iedereen thuis is gebleven en ik dolgelukkig met open mond in een lege Airbnb ergens diep in de natuur achterblijf.
Alleen, ik wil dus echt geen kluizenaar worden.
Hij doet niets hoor
Terwijl ik door de duinen sprint, rent een grote hond aan een lange lijn op mij af. Maar wat is groot? Mijn lengte is 1.90 meter, hoewel ik naderende obstakels ook groter kan maken dan ze werkelijk zijn. Het beest springt hard tegen mij op, waardoor ik stil kom te staan. Zijn baasje komt aanrennen en moet hard lachen. 'Hij doet dat altijd bij hardlopers, maar hij doet niets hoor’, zegt ze vrolijk. Nee mevrouw, dat begrijp ik, maar een pistool doet ook niets totdat iets hem weet te triggeren, vertel ik haar niet. ‘Voel mij niet aangevallen hoor,’ vertel ik haar glimlachend terwijl ik z’n zware voorpoten van mij afduw.
In gedachten scheur ik met 130 km/uur door haar doodlopende straatje terwijl ik uit het raam schreeuw dat ik niets doe hoor. Het is een lieve vrouw en de hond vast ook wanneer je beiden al jaren kent, maar plots overvallen worden tijdens het sporten, wekt agressie op. Bij een puppy kan ik nog vrolijk over hem of haar heen springen, om vervolgens mijn hardlooprondje voort te zetten. Dan schrik ik minimaal, net zoals je kunt schrikken van een knalerwt, gegooid door een jonge jongen dichtbij de ingang van het winkelcentrum. Overvallen worden door een forse hond is echter schrikken, net als opgelucht inchecken in je hotelkamer waarna de hotelbediende snel nog even een rotje de kamer in gooit. Mega onverwachts en onnodig.
De hond en zijn baasje vertrekken richting de horizon achter mij, op zoek naar nog een hardloper, en ik vervolg ook mijn route. Helemaal zen kom ik terug bij de auto en zie bijna 12 kilometer op mijn horloge staan. Zo’n tocht zou ik iedereen aanraden, even diep de natuur in, je hoofd legen en terugkomen met hopelijk een nieuw verhaal.
Stralen
De zon, ze is er nog. Ik zag haar vanmiddag en ze straalde. Ik koos een strandpaal uit, draaide mijn lichaam richting de richting waar de stralen vandaan kwamen, en ik leunde en ik straalde. Ik zal aankomende lente en zomer alleen nog maar vrolijk doen, ik beloof het.
Ik begrijp mensen die in de wintermaanden naar de verte vertrekken, ik begrijp ze eindelijk. Waarom blijf ik, los van een wintersport hier en daar, toch altijd in Nederland hangen rond deze tijd? Ik voel mij gedurende de donkere koude dagen een kamerplant die niet meer in een kamer, maar in een niet-geïsoleerde garagebox staat.
Tijdens het hardlopen doet het slechte weer mij niets trouwens, altijd in korte broek en door weer en wind, maar dan is het lichaam ook gewoon in staat van actie en stroomt het bloed sneller dan je rennen kunt. Ander verhaal.
Een reguliere winterdag in Nederland vol storm en kou doet echter iets met het water in mijn lichaam, en met mijn organen, cellen, moleculen en atomen. Alsof ze een voor een even aan elkaar doorgeven dat deze periode, qua feeling, nergens op slaat. Maar het kan ook gewoon dat ik enkel wat vitamine D-tekort heb, dat was vorig jaar ook zo. Ik denk dat dat het is.
Stormachtige start
De beste wensen nog, ik heb je namelijk vast nog niet gesproken. Pas op trouwens met manifesteren, want ruim een maand geleden bleef ik nadenken over mijn bed en hoe fijn het zou zijn om daar dagenlang in te liggen. Moeder natuur bracht mij vervolgens de meest brutale koorts sinds jaren, en ik lag eindeloos lang helemaal plat van ellende. Sinds jaren had ik weer behoefte aan de magische hand van mijn moeder, op mijn voorhoofd. Het liefst ook met appelsap erbij, in het ouderlijk huis op de bank. Vlak daarvoor brak ik op 1 januari trouwens een vinger in een storm, maar dat is voor later en laat dit geen post vol klachten zijn. Wel vloog m’n eigen risico voor dit jaar direct met die storm mee. Wat betreft de foto zag ik na een koude nacht trouwens prachtige figuren op onze zolderramen. Door dit soort creaties ga ik gewoon echt in god geloven, maar in de spiegel kijken doet dat bijvoorbeeld weer niet. Dat laatste is vast al te gewoon geworden, en god heeft voor mij denk ik nog een beter figuur in gedachten. Ik werk deze notitie later even uit. Vandaag schreef ik op een klein lijstje dankbaar te zijn dat ik het werk dat er ligt weer kon oppakken, en kon bijpraten met Wouter. Ook schreef ik dankbaar te zijn voor enkele creatieve ingevingen die direct na de koorts weer aan kwamen waaien. Anyways, de beste wensen nog. Grote kans dat ik je privé nog even iets stuur, want diep onder de te warme dekens, zwemmend in het zweet vol vervelende dromen die zich telkens leken te herhalen, miste ik de mensen en miste ik jou. PS. Gedurende zo’n koortsdroom bleek ik ook nog eens jarig te zijn geworden, maar die speech past hier niet meer b